Ik kijk naast me.
De verloofde ligt lief te slapen. Weer realiseer ik me hoe mooi ik hem vind. Met rimpels, grijze slapen en die ene hardnekkige haar die elke keer weer als een antenne op zijn oorschelp verschijnt. Verre van perfect, maar zo perfect voor mij. Zelfs in zijn slaap glimlacht hij.
Het dekbed is van hem afgegleden en zijn buik deint zachtjes op en neer door zijn ademhaling. Er is iets meer buik om te bewonderen dan 10 jaar geleden. De gelukskilo’s van borrels op vrijdag en lekkere etentjes zorgden voor wat meer lijf om van te houden. Ik wil hem niet storen, dus laat ik hem slapen en stap onder de douche.
Terwijl ik mezelf in sta te zepen, bekijk ik vanaf boven mijn eigen lijf. Hmmz, denk ik grinnikend, maar enigszins als een boer met kiespijn. Ik kan met mijn lijf inmiddels een hele kinderboerderij vullen. Ik heb geiten(tieten) en een hangbuik(zwijn). Als ik zwaai, dan zwaaien de kippen vol herkenning terug en de plaatselijke kalkoen zou een moord doen voor mijn kaaklijn. Inmiddels heeft ook de blinde mol zijn intrede gedaan als ik probeer de gebruiksaanwijzing te lezen op een veel te kleine verpakking. En met enige regelmaat sta ik schaapachtig voor me uit te staren als ik weer eens ben vergeten waarom ik eigenlijk naar boven liep.

Mijn innerlijke godin zwaait kreunend mijn jeugd uit. Terwijl ik het gras maai van mijn eigen boerderijtje, denk ik aan de schone slaper in de kamer verderop. Bij hem vind ik de rimpels prachtig. Ze getuigen van levenservaring en karakter. Zelf stond ik al op het punt om wat spuitjes te bestellen, maar de angst om de zoveelste tweelingzus te worden van de gemiddelde influencer op Insta, houdt me tegen. De man maakt zich in het geheel niet druk dat hij ouder wordt. Hij registreert het wel, maar heeft er geen mening over.
Prachtig.
Wil ik ook.
Ga ik dus doen.
Hopelijk.
Gewoon omarmen, dat wat is. Mijn gezonde prachtige lichaam dat een kind heeft mogen dragen. Mijn lijf dat me al zo’n tijd in het leven vergezelt en me, afgezien van wat kleine hobbels, nog nooit in de steek gelaten heeft. Ik wil er met liefde en dankbaarheid naar kijken. Gewoon zoals het is.
Gepoetst en geboend schuif ik na de douche terug naast mijn doornroosje. Genietend trekt hij me naar zich toe en snuift aan mijn haar.
‘Goedemorgen heerlijkheid, lekker geslapen?’
Ik blaat wat over goed geslapen en kakel een ‘ik hou van jou’.
Hij knuffelt als een wollig schaapje tegen me aan.
Mijn kinderboerderij is met hem erbij in ieder geval compleet.

Ook verschenen op www.hoevrouwendenken.nl