De eerste dag wordt er niet meer ondernomen dan zwemmen en een supermarkt zoeken. Heerlijke grote alleswinkels waar alles lekker is en zoveel wordt gekocht dat de kleine koelkast uit zijn voegen barst en de koelbox weer uit de auto tevoorschijn moet komen.
Ondanks de factor 30 verbranden de bleke hollandse lijven en ietwat gegaard staat moeder ’s avonds onder de douche. Het is een gegil van jewelste in het galmende hok. Kinderen janken, tieners giebelen, pissige vaders roepen dat het nu écht afgelopen moet zijn en dat in alle denkbare talen. Moeder doucht op haar slippers en tussen de bruine franse haren verdwijnen haar gebleekte blonde. Ook op deze camping is de ontwerper er weer in geslaagd de douchehokjes zo te ontwerpen dat je kleding nét niet droog blijft en het ene haakje nét te weinig is om je spullen aan op te hangen. Maar de douche is na al het chloor evengoed heerlijk. Het vakantiegevoel borrelt en bruist en barst in alle hevigheid los..
Eenmaal terug bij de tent kan het avondritueel beginnen. De skottelbraai is meegereisd (ja die ook) en op het geleende gas van schoonpapa wordt er lustig op los gebraaid (of geskotteld). Moeder maakt de salade en vader doet het mannenwerk onder het genot van een frans biertje. Omdat die “verdomde flesjes zo klein zijn” ligt er binnen no-time een verzameling kleine bruine flesjes rond het braadapparaat. Moeder heeft de Panache herontdekt en borrelt vrolijk mee. Het hele veld is in gebruik. Waslijnen zijn gespannen waar de zwemspullen hangen te drogen, de halve inboedel staat buiten, luchtbedden en ander speelgerei ligt op de veranda en overal staan emmers en jerrycans met water op te warmen, want “dan kunnen we lekker bij de tent afwassen en hoef ik niet met de vuile vaat de camping over te struinen”. Er wordt goed gebruik gemaakt van de ruimte.
Vader zet met een trots gezicht de worstjes op tafel en snijdt het brood, moeder kijkt met een blij gezicht naar man en kroost.
“Gezellig he”, zucht ze gelukzalig…
Marga, augustus 2013